Ga naar hoofdinhoud

“Toewerken naar een Nationale Aanpak Publieksdata Cultuur”

Ambities voor de komende vier jaar

6 min. lezen

Foto’s © Pexels

De Taskforce Publieksdata heeft de afgelopen vier jaar diverse projecten opgezet om de toepassing van publieksdata voor culturele organisaties te stimuleren. Dit jaar heeft DEN, voormalig trekker van de Taskforce, het stokje overgenomen. “Het op de juiste manier gebruikmaken van publieksdata biedt voor culturele organisaties een uitgelezen kans om de publieksbetrokkenheid te vergroten”, zegt Maaike Verberk, directeur van DEN. “Alle partijen binnen de taskforce waren – en zijn – daarvan overtuigd. Tegelijkertijd hebben we óók gemerkt dat het niet altijd eenvoudig is om alle neuzen binnen de sector dezelfde richting uit te krijgen. Er zijn belangrijke stappen gezet. Daar bouwen we vanuit DEN op voort.”

Kennis en vaardigheden vergroten, infrastructuur ontwikkelen, data verrijken, onderzoek en het verbinden van stakeholders: de afgelopen jaren is proefondervindelijk ontdekt wat de inzet van publieksdata en samenwerking op dit thema kan opleveren. “De sector heeft weinig incentive om datagedreven te werken”, geeft Maaike aan. “Er is geen van hogerhand opgelegde verplichting en ook geen landelijk dekkende infrastructuur. . Datagedreven werken is in de culturele sector mede daardoor nog onvoldoende ontwikkeld. Het is dus niet altijd eenvoudig om stappen vooruit te zetten, maar we zijn trots op wat we hebben bereikt.”

Betrokkenheid

Er zijn in de afgelopen periode bijvoorbeeld waardevolle verbindingen gelegd tussen bestaande initiatieven als het Culturele Doelgroepenmodel, de Museumkaart en de publieksmonitor van DIP. “Ook zagen we dat er vooral op decentraal niveau veel aandacht is voor publieksbereik en -betrokkenheid, omdat instellingen zich beseffen dat je gezamenlijk in een stad of regio alle inwoners moet bereiken. We stimuleren daarom dat steden, regio’s en sectororganisaties steeds meer samenwerken. Die betrokkenheid zien we ook aan de groei en omvang van ons community op LinkedIn (ca 450 leden) en de opkomst bij de bijeenkomsten die we organiseren. Met ruim 90 deelnemers uit het hele land en uit verschillende sub-sectoren was onze laatste bijeenkomst in april een groot succes. En wat ook bijzonder is: we hebben dit onderwerp als taskforce inmiddels in Europa op de agenda gezet door hierin samen te werken met Vlaanderen. België was immers in 2024 voorzitter van de EU.”

Nationale aanpak

Sinds begin dit jaar is DEN alleen aan zet om het thema ‘werken met publieksdata’ verder te brengen. Het netwerk blijft betrokken, want dat is de werkwijze van DEN. Maaike: “Wij gaan er alles aan doen om sectorbreed toe te werken naar een Nationale Aanpak Publieksdata Cultuur. Dat is ambitieus, maar niet onhaalbaar. Binnen de sector is er absoluut welwillendheid om samen te werken als het gaat om inzichten uit data. Wat ontzettend helpt, is dat steeds meer overheden actief bijdragen aan de bewustwording over de mogelijkheden én noodzaak van publieksdata. Bijvoorbeeld door hier aandacht aan te besteden in de monitoring van subsidies of door data in te zetten om de publieksbetrokkenheid in kaart te brengen.”

“Wij gaan er alles aan doen om sectorbreed toe te werken naar een Nationale Aanpak Publieksdata Cultuur”

Weerbaarheid sector vergroten

Voor culturele organisaties is het ontzettend belangrijk inzicht te hebben in wie je publiek is, waar bezoekers vandaan komen en wat de behoeftes zijn. Culturele organisaties werken immers met en voor een publiek. De inzichten die publieksdata opleveren, kunnen de basis vormen voor het maken van strategische keuzes rondom programmering, marketing en beleid. “Dit maakt het vervolgens mogelijk de maatschappelijke relevantie, het verdienvermogen en de weerbaarheid van de sector te vergroten”, geeft Maaike aan. “Er zijn al fantastische voorbeelden. Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan de successen van het digitale platform van DIP en het segmentatiemodel rond culturele doelgroepen zoals door Rotterdam Festivals is ontwikkeld.”

Intensief samenwerken

“Om tot een nationale aanpak te komen blijven we intensief samenwerken met culturele organisaties, makers, sectororganisaties en andere betrokkenen, zoals lokale en regionale overheden. En waar mogelijk ook met commerciële partijen, bijvoorbeeld op het gebied van ticketing. In de afgelopen periode hebben we praktijkgericht ondervonden dat een nationale aanpak kansrijk is. Het doel is dat de sector de komende jaren veel meer datagedreven gaat werken en dat organisaties hun publiek (ook degenen die ze nu nog niet bereiken) centraal gaan stellen. Nog meer dan ze op dit moment al doen.”

De exacte aanpak kristalliseert zich in de komende periode verder uit. Maaike: “Samenwerken op publieksdata binnen de cultuursector is geen eenvoudige opgave. Er zijn veel partijen en belangen betrokken. Het is een opgave van iedereen en daardoor van niemand. Zonder sturing komt hierop geen beweging.”

“Het doel is dat de sector de komende jaren veel meer datagedreven gaat werken en dat organisaties hun publiek – nog meer dan ze op dit moment al doen – centraal gaan stellen.”

Drie actielijnen

Om de doelen te behalen focust DEN zich op drie actielijnen, waarvan de afgelopen periode is aangetoond dat deze essentieel zijn. Partijen uit het veld worden betrokken om te adviseren, ontwikkelingen aan te dragen en als klankbord te dienen. DEN is verantwoordelijk voor de algemene coördinatie, de aansturing en het verzorgen van opleidingen binnen het programma van de DEN Academie.

1.

De eerste actielijn richt zich op het vergroten van de kennis en kunde in de sector rond publieksdata en datagedreven werken. Daarbij blijven we actief samenwerken met de betrokken steden, regio’s en sectororganisaties. Op het gebied van bewustwording, het uitwisselen van kennis en kunde en (indien mogelijk) bij het ontwikkelen van tools is het belangrijk dat we ook in Europees verband samenwerken waar dat kan. Bij deze actielijn zetten we ook in op het verder toegankelijk maken van de inzichten uit (digitale) publieksdata voor zelfstandig werkenden, in het bijzonder voor makers. 

2.

De tweede actielijn richt zich op standaardisatie. Standaardisatie is een noodzaak om vergelijkbaarheid en betrouwbaarheid van data te waarborgen. Het is belangrijk te definiëren wat we onder een digitale bezoeker verstaan en om collectieve kaders te formuleren voor het interpreteren van onlinegedrag.

3.

De derde actielijn betreft activiteiten die we samen met Rotterdam Festivals (RF) gaan organiseren met als doel toe te werken naar een landelijk dekkende werking van het Cuturele Doelgroepenmodel dat door sectorale en decentrale partijen wordt gedragen. Het model zal continu worden verrijkt en doorontwikkeld. Naast de reeds betrokken steden en regio’s (Rotterdam, Amsterdam, Den Haag, Utrecht, Brabant en Zuid-Holland) is het de bedoeling ook in andere steden en regio’s hierbij aansluiten. Daarnaast wordt onderzocht hoe we de uitgangspunten van het CDM ook toepasbaar kunnen maken in andere EU-landen.

Ambities realiseren

De communicatie over publieksdata verloopt voortaan via de reguliere kanalen van DEN. “Onderdeel daarvan is dat we in de loop van 2025 een publieksdata community lanceren. Samen met Rotterdam Festivals blijven we het gebruik van het Culturele Doelgroepenmodel stimuleren en ondersteunen, onder andere door het organiseren van bijeenkomsten en het aanbieden van opleidingen. De eerstvolgende opleidingsdag is op 13 november in Utrecht. Ik heb er alle vertrouwen in dat we zo samen met alle betrokken partijen onze ambities gaan realiseren!”